Grietje Wagenaar en de Hugenoten
Grietje Cornelisd Wagenaar, minderjarige jonge dochter, trouwde op 6 mei 1741 met Cornelis Claasz. Jonges (2.0.4), meerderjarige jongeman te Jisp. Zij werden de ouders van kinderen die “Jonges” en “Jongens” zouden gaan heten. Bij hen vond de splitsing tussen de beide namen plaats. Maar wie waren de voorouders van Grietje, die vernoemd was naar haar grootmoeder Grietje Coupri? Dr. S. Hart gaf het antwoord.
In een artikel van zijn hand, op bladzijde 39 van het maandblad “De Zaende”, jaargang 1950, getiteld: “Buitenlanders op kostscholen te Zaandam in de 17de eeuw”, lezen wij over een schoolmeester te Westzaandam met de naam Jan Isaacsz. Coupri. Hij “hield” niet alleen de dorpsschool, maar ook een bijzondere of “bijschool” met kostscholieren. Dit noemde men een Fransche school; dit duidde een school aan waar naast lezen, schrijven, cijferen en zingen van psalmen eventueel Italiaans, boekhouden en les in het Frans werd gegeven.
De Lutherse predikant Ds. G.H. Petri te Westzaandam, aldus het genoemde artikel, meldde in het Communicanten-register van de Ev. Lutherse Gemeente één en dertig inschrijvingen van buitenlandse scholieren. Ook vermeldde hij bij welke meester ze scholier waren. In 1675 bijvoorbeeld: 14 April David Lenke uit Sweden bij Jan Comprij”. En op “7 juli Johannes Jacobsen uit Dronten in Noorwegen bij Mr. Jan Comprie”.
De familie Coupri te Zaandam was een schoolmeestersfamilie. De stamvader was Isaac Josephsz. Coupri, geboren te Hable de Grace (Le Havre). Waarschijnlijk is hij gevlucht toen de Hugenoten ook in de Franse havenplaatsen het vuur te na aan de schenen werd gelegd. Hij trouwde op 21 juni 1629 in de Nederlands Hervormde Kerk van Oostzaandam met Hillegond Harmens, geboren te Hoorn als dochter van Herman Jansz. Deze woonde toen bij de kerk te Oostzaandam. Isaak en Hillegond werden op 1 september 1629 door belijdenis lid van de Nederlands Hervormde kerk. Op 6 januari 1633 werd hij genoemd “Mr. Isaac Joseph Fransche schoolmeester” en in hetzelfde jaar tekende hij de “acte des synodi”. Deze acte moest ondertekend worden wilde men zijn beroep als schoolmeester blijven uitoefenen.
Zijn eerste schoolhuis, dat hij verkocht op 17 februari 1637 voor fl1075,-, was vermoedelijk gelegen in de Noord (nu de Oostzijde), ten noorden van de Kalverstraat en ten oosten van de Dijksloot. Later had hij zijn school aan het Fransche pad, dat waarschijnlijk deze naam aan Mr. Coupri te danken heeft.
Tevens had Isaac een nevenberoep dat hij vermoedelijk geërfd had van de familie van zijn vrouw. Hij had namelijk een kaarsenmakerij en vetsmelterij te Oostzaandam. Dit was een nering die alleen in stand gehouden mocht blijven indien deze reeds vóór 1572 in bedrijf was.
Zijn zoon Jean, de reeds genoemde Jan Coupri, is ongeveer in 1630 te Oostzaandam geboren, want in 1649 trad hij toe op belijdenis tot de Ned. Hervormde kerk. Hij trouwde op 1 september 1652 te Westzaandam met Marij Pieters die aldaar in de Horn woonde. Terzelfder tijd kreeg hij van de regenten van Westzaandam toestemming om aldaar een Franse school te houden en les te geven in boekhouden. Hij woonde op het Zilverpad. Op 6 oktober 1680 gaf Jean Coupri een procuratie aan de Wed. Oyens & Zn., kooplieden te Bordeaux, om van N. Sintcriecq aldaar te vorderen en te ontvangen fl131,-, die deze heer verschuldigd was vanwege 10 maanden kost- en leergeld voor zijn zoon Thaddee Zintecriecq, die te zijnen huize als kostganger en leerling geweest was ingevolge mondelinge aanbesteding.
Jan Coupri werd een man van betekenis te Westzaandam, want 3 mei 1676 werd hij tot diaken en op 31 maart 1679 tot schepen aldaar verkozen. Ook heeft hij het burgemeestersambt bekleed van Westzaandam.
Op 9 december 1674 hertrouwde hij in de Ned. Hervormde kerk aldaar met de Oostzaandamse Antje Jochems Kat, de weduwe van Jan Cornelisz. Last.
Na zijn overlijden eind mei 1695 volgde zijn zoon Isaac Coupri hem op. Deze heeft tot eind december 1720 het schoolmeestersambt bekleed. De andere zoon Pieter was schoolmeester te Monnickendam. Dan waren er nog vier dochters: Hillegond, getrouwd met Cornelis Gerritsz. Duyn; Trijntje, getrouwd met Bartholomeus van den Hoek; Itje, getrouwd met Pieter Willems Cas en Grietje, getrouwd met Cornelisz. Swan (1).
Tot zover nu het artikel van Dr. S. Hart.
Met deze Grietje Coupri zijn wij terecht gekomen bij de grootmoeder van “onze” Grietje Wagenaar. Zie hierover bladzij 8 van mijn “Wetenswaardigheden over de familie Jonges/Jongens sinds 1570” (1989). De naam “Swan” verbaasde mij echter; ik wist niet beter dan dat Grietje Coupri met ene Wagenaar getrouwd was.
Het oud notarieel archief, kortweg ONA, aanwezig in het Gemeentearchief Zaanstad, bracht uitkomst. In twee akten wordt de man van Grietje Coupri “Swan” genoemd en hij ondertekent met die naam (1) en (2). In hun testament echter noemt de notaris hem Wagenaar, maar hij ondertekent nog steeds met Swan (3). In een vierde acte, een boedelscheiding d.d. 24 februari 1730 compareert de zoon, ook een Cornelis Cornelisz. Wagenaar, woonachtig te Neck, die met de naam “Wagender” ondertekent (4). Deze Cornelis uit Neck is de vader van Grietje, van wie sprake is in de aanhef van dit artikel.
En hiermee meen ik de vraag, besloten in de titel, bevestigend te hebben beantwoord.
M.C. Schaap-Jongens 2.2.7
Koog aan de Zaan, 5 mei 1991
(1) ONA 5797 d.d. 7-6-1695
(2) ONA 5798 acte 26
(3) ONA 5857 acte 129
(4) ONA 5923 acte 31
Share Your Thoughts